Nieuwsbrief 2022-04
/sites/default/files/Nieuwsbrief%202022.04.pdf
Belastbaarheid van meerwaarde op aandelen
Om te weten hoe beleggingen belast worden, moeten we eerst een onderscheid maken tussen het beleggen als particulier en als vennootschap.
Als particulier zal de belastbaarheid van een meerwaarde op beleggingen bepaald worden volgens het ‘goede huisvader’ principe. Indien u de beleggingen gedurende een lange tijd aanhoudt zonder deze te verkopen wordt dit gezien als een normaal beheer van privévermogen en zal er bij een latere meerwaarde geen belasting verschuldigd zijn. Als iemand met een bescheiden inkomen echter een lening van 50.000 EUR aangaat om aandelen van een vennootschap in Mexico aan te kopen dan zal een meerwaarde achteraf wel belastbaar zijn.
Wanneer de fiscus meent dat de meerwaarde niet voortkomt uit het normaal beheer van uw privévermogen dan kan ze de meerwaarde belasten als divers inkomen aan een tarief van 33%.
Wanneer iemand zo intensief bezig is met beleggen dat er sprake is van een beroepswerkzaamheid dan zal de fiscus de meerwaarde belasten als winst aan het ‘marginaal tarief’. Dit kan het geval zijn wanneer bijvoorbeeld meerdere computers aangekocht worden om alle beurzen te volgen en hier meerdere uren per dag aan gespendeerd worden. Het voordeel van de belastbaarheid als winst is wel dat u eventuele verliezen en beroepskosten (in ons voorbeeld: de computers) in mindering mag brengen.
Indien u dividenden heeft ontvangen van uw aandelen verwijzen wij u graag naar onze Nieuwsbrief 2019-05. Het maximumbedrag van 800 EUR voor de vrijstelling blijft nog gelden tot 2023. En terloops willen we nog wijzen op de mogelijkheid om als particulier via een ‘tax shelter’ te beleggen in een startende kleine onderneming of in een klein groeibedrijf en zo tussen de 25% en 45% van de investering terug te krijgen aan personenbelasting.
Voor een vennootschap zijn de regels iets eenvoudiger. De meerwaarde bij een verkoop van aandelen is vrijgesteld indien:
- de vennootschap waarin belegd werd onderworpen is aan de Belgische vennootschapsbelasting of een gelijkaardig buitenlands belastingsysteem
- de aandelen minstens één jaar behouden werden
- de belegging minimum 2.500.000 EUR of minstens 10 % van het kapitaal bedraagt van de vennootschap waarin wordt belegd
Dezelfde voorwaarden gelden voor een vrijstelling van dividenden.
Vooral door de derde voorwaarde zullen de meeste beleggingen in beursgenoteerde ondernemingen wel degelijk belastbaar zijn. Hierdoor zijn DBI-fondsen of DBI-beveks heel populair geworden omdat hierbij de drie bovenstaande voorwaarden worden geacht vervuld te zijn terwijl er toch een grotere spreiding van het beleggingsrisico is.
Het tarief wordt bepaald door de vennootschapsbelasting: 25% of 20% (op de eerste 100.000 EUR) indien de voorwaarden voor het verlaagd tarief vervuld zijn. En bij die voorwaarden speelt de beleggingswaarde van de aandelen net een rol: als die hoger is dan de helft van het gestorte kapitaal, de belaste reserves en de geboekte meerwaarden dan is er geen recht op het verlaagd tarief vennootschapsbelasting. Wanneer er regelmatig dividenden uitgekeerd worden, zal er in de meeste gevallen weinig ruimte over blijven voor beleggingen als u het verlaagd tarief wil behouden. Dan wordt het dus overwegen of die 5% extra vennootschapsbelasting opweegt tegen het verwachte rendement van de belegging.
Onze nieuwsbrieven geven een stand van zaken weer en zijn louter informatief. Deze informatie mag niet als juridisch of fiscaal advies of advies van om het even welke aard worden beschouwd. Behoedzaamheid is aangewezen bij de interpretatie en de toepassing van de verstrekte informatie, onder meer vanwege de frequente wijziging van de juridische en fiscale wetgeving in deze materie.